
In 1949 werd de 41-jarige Irfan Orga in Ankara bij verstek veroordeeld. Intussen woonde hij en zijn vrouw in Engeland. In zijn nieuwe vaderland begon hij noodgedwongen te schrijven. Hij schreef over verschillende aspecten van de Turkse cultuur en pende ook zijn eigen familiegeschiedenis neer.
Bij aanvang van zijn autobiografie is de schrijver zes. Hij groeit op met bedienden in een welgestelde familie. Maar dan wordt vervolgens zijn oom en later zijn vader opgeroepen voor het leger. Het Ottomaanse Rijk was namelijk in 1914 betrokken geraakt bij de Eerste Wereldoorlog. Die Eerste Wereldoorlog brengt niet enkel voor Turkije maar ook voor de familie Orga ingrijpende veranderingen met zich mee.
‘Aan de oevers van de Bosporus’ is daardoor een tijdsdocument. Ook vertelt het het verhaal van een jonge Turkse vrouw, die achterblijft met drie kinderen en een inwonende schoonmoeder. Eigenlijk is het meer haar verhaal. ‘Aan de oevers van de Bosporus’ stopt dan ook bij haar dood in 1940.
Ik vond ‘Aan de oevers van de Bosporus’ interessant omwille van de tijdsgeest en de sfeer. Ook geslaagd is hoe de schrijver de relatie tussen zijn moeder en grootmoeder weet neer te zetten. Toch waren er irritaties. Het verhaal blijft soms te afstandelijk. De stukken die over de auteur zelf gingen, waren minder geslaagd.
Oorspronkelijke titel: Portrait of a Turkish Family
Jaar van publicatie: 1950
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.