
Op een avond hoort Hector Loursat een schot en vindt hij een dode onbekende in zijn huis. Hij belt naar de officier van justitie, een aangetrouwde neef, die meent dat hij weer eens dronken is. Toch vindt de politie wel degelijk een lijk. Ook gebeurde er dingen in zijn huis, waar Loursat niets van wist.
De voorbije 18 jaar zag Loursat enkel de muren van zijn studiekamer. Zijn dochter Nicole was twee als haar moeder wegging. Omdat Loursat zich niet bekommerde om zijn dochter, is zij grootgebracht door de huishoudster. Nicole is bijgevolg ontspoord. Ze is niet de enige, want ook haar neef en andere kinderen van notabelen zijn op een of andere manier betrokken bij de zaak.
De moord in zijn huis laat advocaat Loursat ontwaken uit zijn lethargie. Zo neemt hij de verdediging op zich van de jonge man, beschuldigd van de moord in zijn huis. Rekening houdend met zijn reputatie gaat hij de man ongetwijfeld vrij krijgen. De rechtszaak wordt dan ook druk bijgewoond.
Met ‘Onbekenden in het huis’ schreef Simenon een psychologische toproman. Het verhaal komt traag op gang, maar kent een goede spanningsboog en laat je als lezer actief meedenken over hoe de vork in de steel steekt. Het is veeleer indirect dat je dingen te weten komt, niet alleen over de zaak en het effect van die zaak in het stadje Saint-Marc, maar vooral ook over Loursat.
Hector Loursat de Saint-Marc, zoals hij voluit heet, blijkt een onconventionele man te zijn. Zijn genialiteit en excentriciteit komt in de rechtszaal goed uit de verf, wat het tweede deel net iets sterker maakt dan het eerste. Het einde is perfect in zijn eenvoud, enkel de ontmaskering van de echte moordenaar kon iets korter.
Oorspronkelijke titel: Les inconnus dans la maison.
Jaar van publicatie: 1940.
Uitgever: De Bezige Bij. Vertaald door: Marijke Scholts.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.